Goedemiddag mijnheer de minister, mijnheer de decaan,
Geachte heren magistraten,
Beste collega’s,
2015 is ondertussen goed en wel van start gegaan. Na enkele dagen van rust tussen kerst en nieuwjaar is iedereen – hopelijk – druk bezig met het nakomen van al die goede voornemens. Laat mij alvast toe jullie allemaal een gezond en goed jaar toe te wensen.
Het doet me ontzettend veel plezier, mijnheer de Minister, dat u, ondanks uw drukke agenda, bereid was om tijd vrij te maken om aanwezig te zijn op de nieuwjaarsreceptie van de Orde der Dierenartsen en ons toe te spreken. U heeft duidelijk een hart voor dieren én voor dierenartsen.
Graag wil ik onder uw aandacht brengen dat dierenartsen heel wat expertise in huis hebben. Dierenartsen zijn opgeleid en bijgeschoold om te waken over de gezondheid van dieren, groot of klein, nutsdier of gezelschapsdier. Dierenartsen vormen op die manier de ogen en oren van de overheid wat betreft het opduiken en heropduiken van belangrijke dierziekten zoals vogelgriep. Daarnaast bewaken dierenartsen de voedselveiligheid op de nutsdierenbedrijven, in de slachthuizen, in de verwerkende bedrijven, en vormen ze een fundamentele schakel in de bewaking van de volksgezondheid. Zij doen dat ook door verstandig en duurzaam om te gaan met antibiotica, nog het meest door hun klanten in de richting van preventie te leiden. Dierenartsen dus als betrouwbare partners – daar waakt de Orde over – voor klant, overheid en maatschappij.
Hét sluitstuk van het takenpakket van mijn collega’s is uiteraard het waken over het dierenwelzijn, u heeft er uitgebreid aandacht aan besteed in uw toespraak, mijnheer de Minister.
Ik sta even stil bij de verschillende rollen die dierenartsen moeten verzoenen, die delicate evenwichtsoefening zoals u het noemde. Dierenartsen worden inderdaad deontologisch geacht steeds het welzijn van de dieren te laten primeren, maar ik vermoed dat weinigen weten dat ze dat vaak in niet-evidente omstandigheden doen. Ik ben alleszins tevreden te horen dat u dat wel ten volle beseft. Diereigenaren vinden het inderdaad niet aangenaam als ze er op gewezen worden dat de omgang met hun dier of veestapel beter kan. Toch nemen dierenartsen hun verantwoordelijkheid, ook al worden ze voor die moeilijke taak zelden gewaardeerd… laat staan betaald. Zou het niet logisch zijn dat de maatschappij die – terecht trouwens – dierenwelzijn belangrijk vindt, daar iets tegenover zet? Iets om over na te denken.
Bovenstaande brengt me bij de zwerfkatten, u weet er ondertussen alles van. De Orde stelt vast dat meer en meer steden en gemeenten lijken te denken dat in tijden van budgettaire krapte, de dierenartsen het probleem van de overlast door zwerfkatten zullen oplossen. Een door de maatschappij gecreëerd probleem – overbevolking door katten – kan echter niet worden opgelost door één bepaalde beroepsgroep, zelfs al ziet die graag dieren. Er bestaat namelijk ook zoiets als dierenartsenwelzijn. De Orde zal zich uiteraard nooit uitlaten over de tarieven die dierenartsen hanteren binnen de verschillende sterilisatieprojecten. De Orde zal er echter wel streng op toezien dat de kwaliteit van de diergeneeskunde niet in het gedrang komt om te voldoen aan de laagste prijs geëist door deze of gene gemeente of stad. Recent heeft de Orde trouwens een brief gericht aan alle Vlaamse steden en gemeenten om bovenstaande aan te kaarten. Ik overhandig u, mijnheer de Minister, zo dadelijk een exemplaar maar ga er vanuit uit dat u het volste begrip hebt voor de positie van de dierenartsen, én van de Orde.
Als ik zo vrij mag zijn, mijnheer de Minister, wil ik me ook graag even richten tot de aanwezige confraters.
Beste collega’s, ons beroep staat – al een hele tijd eigenlijk – voor heel wat uitdagingen. Ze allemaal opsommen is onbegonnen werk en ik wil dat er nog wat tijd over blijft voor drank en hapjes en een gezellige babbel. Mij is evenwel de laatste paar jaar duidelijk geworden dat het diergeneeskundig beroep nood heeft aan een nieuw elan, aan een positief project. Ik droomde daarbij onlangs luidop over een nieuw Domus veterinaria. Een huis van en voor de Vlaamse dierenarts waar geëngageerde collega’s samen op efficiënte wijze de vele uitdagingen aanpakken zodat we ook in de toekomst een betrouwbare partner kunnen blijven voor onze klanten, voor de overheid en voor de maatschappij. Ik roep alle dierenartsen van goede wil op om mee te dromen. Laat ons creatief zijn, niet reactief en elkaar vertrouwen. Laat ons de uitdagingen omvormen tot kansen. Enkel op die manier kunnen we de fundamenten leggen van wat ooit hét huis van de Vlaamse dierenarts kan worden. Enkel dan zullen we ook écht met één stem kunnen spreken, zoals ook de Minister daarnet uitdrukkelijk vroeg.
Mijnheer de Minister, uit uw beleidsverklaring en uw speech kunnen wij afleiden dat het u menens is met het dierenwelzijn in Vlaanderen. Heikele dossiers als het onverdoofd slachten en de broodfok, om er maar enkele te noemen, vereisen een krachtdadige aanpak, veel durf ook. Ik wil u alvast in naam van alle Vlaamse dierenartsen veel succes toewensen en wil graag ingaan op uw uitnodiging om de komende jaren verder constructief samen te werken. Wij zullen alvast vanuit de Orde niet dralen om u en uw medewerkers te contacteren als wij dat zelf nodig en/of nuttig achten. U ziet tot mijn grote tevredenheid de dierenartsen als experten in dierenwelzijn en als betrouwbare partners en wij zullen dat vertrouwen niet beschamen.
Bij deze mijnheer de Minister, beste aanwezigen, wil ik graag het glas heffen op jullie gezondheid maar ook op de dieren, het dierenwelzijn én de dierenartsen.
Gezondheid!